Start.Familie nieuws.Rotterdam.Schiedam.Tot slot.
www.familieholleman.nl.

De vorige pagina sprak reeks over deze tekening welke de situatie van 1572 voorstelt. De aanval van de Spanjaarden is in dit verband niet van belang het gaat hier over de twee sluistorens die duidelijk staan afgebeeld.

Een leuk detail op de 3 Schieënkaart wil ik je niet onthouden, de openbare poep- en pieshuisjes boven de sloot bij Delfshaven. Aardig in dit verband is dat deze huisjes ook te vinden zijn in het gerestaureerde vestingstadje Boertange in noordoost Groningen. (onder).

Op deze tekening van de Aelbrechtskolk zijn de sluistorens vervangen door sluisdeuren die verticaal draaien maar is er nog wel een kleine sluistoren (linkerkant van de prent), het zogenaamde kraanhuis, waarvan het water een verbinding vormde met de Achterhaven en waarvan het mechanisme om de sluisdeur te bedienen te groot was voor het gebouwtje zodat er een uitstulping nodig was om het rad te kunnen laten draaien. Het gebouwtje staat er nog en wordt vaak aan het zakkendragershuije genoemd wat niet juist is, dat huisje staat er links naast. Wel is tot vandaag de dag de sluis in- uitgang nog zichtbaar evenals de grote sluisdeuren onder de brug in de Schiedamse weg. Beide hebben geen functie meer.

Het gedeelte over Delfshaven sluiten ik af met een plattegrond uit een later tijdstip. We zie een Voorhaven (onderste haven) vol met schepen en ook de achterhaven (bovenste haven) ligt aardig vol. Haaks op de achterhaven het zogenaamde Buizengat, dat is de plaats waar in de wintermaanden de haringbuizen (schip voor de vis- of haringvangst) lagen afgemeerd.

Je kunt bij de verbinding tussen de Voor- en Achterhaven zien dat het kraanhuis staat afgebeeld. De sluis naar de Delfhavense Schie is duidelijk herkenbaar evenals de brug daarover die de verbinding vormt tussen de Rotterdamsedijk (nu Havenstraat) en de Mathenesserdijk (links) langs de Delfhavense Schie, de verbindingsweg naar Schiedam. Herkenbaar is dat de stad verdedigbaar is met vestingswerken,

Schoonderloo

We verlaten Delfshaven om over de Schielandse Hoogezeedijk (thans de Westzeedijk) naar Rotterdam te gaan. Een ten zuid-oosten van Delfshaven passeren we het oude dorp Schoonderloo. Een dorp beduidend ouder dan Delfshaven en waarschijnlijk ook nog ouder de Rotterdam. Reeds in 1249 wordt visserij bij deze plaats gemeld. Als er op 23 maart 1259 een verdrag gesloten wordt tussen Utrecht en Keulen, is daarin sprake van een incident welke te Schoonderloo plaatsvond. Schoonderloo heeft een rivierhaven gehad, die ouder is dan de havens van Rotterdam en Schiedam en die in het midden van de 13de eeuw al van enige betekenis was, blijkens het hiervoor genoemde conflict tussen Utrecht en Keulen.

Wanneer graaf Floris V in 1286 te Dordrecht is, brengt het Dordrechtse stadsbestuur de graaf met de stadskogge naar Schoonderloo, zodat deze van hier zijn reis naar Delft en Den Haag kon voortzetten. Er moet dus te Schoonderloo een begin van een landroute zijn geweest, daar men de graaf toch niet zomaar ergens aan de dijk zal hebben afgezet. Dit wordt bevestigd door de rekening van de goederen die de graaf als heer van Schoonderloo uit dit ambacht trekt. Allereerst blijkt er een veer te zijn naar Katendrecht maar bovendien is er een biertol, dat wil zeggen dat er voor ieder vat dat getapt wordt belasting moet worden betaald.

Schoonderloo was in de 14de eeuw het centrum voor de rivier visserij (zalm) met kapitaal krachtige ondernemers.

 

Hier boven zoals Schoonderloo is afgebeeld op de 3 Schieënkaart en links een oude pentekening van de dijk langs dit dorpje met de ruïne van de kerk.

Thans is hier niets meer van terug te vinden, slechts een straatnaam herinnert ons aan dit dorpje.

Rotterdamse Schie
Rotterdamse Schie